zondag 3 november 2013

Politieke partijen vertonen per periode net zoveel overeenkomsten als verschillen

 
Plaats de opvattingen van onze politici eens in hun tijd en constateer de verschuivingen van de hele zwerm. Welke verwachtingen kunnen we hieraan ontlenen?

De politieke ideologie van al onze partijen is al sinds de jaren ’60 een product van tijdsomstandigheden en veel minder een onveranderlijk kompas voor de toekomst.
De politiek is na de verzuiling een speelbal geworden van mediacratie, van persoonlijkheidscultus en hypes rond incidenten. Burgers gaven hun voorkeur aan standpunten per onderwerp en per situatie afzonderlijk. Maar daarachter zaten wel degelijk grote gemeenschappelijke stromingen die als mainstream te kenmerken zijn.

Die golven zijn elk op zichzelf te karakteriseren aan de hand van de kernwaarden van de Franse revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Mijn stelling is dat alle politieke partijen in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw, de opbouw van de verzorgingsstaat, oscilleerden rond het thema gelijkheid. Ook de VVD deed op haar manier duchtig mee met die opbouw. Alle partijen konden in grote verontwaardiging ontsteken over uitingen die intrinsieke ongelijkheid tussen mensen veronderstellen, bijvoorbeeld in het debat over nature en nurture, over de genetische component achter ongelijkheden in IQ en werkkwalificaties.

In de jaren ’90 en verder draaide het klimaat in de richting van vrijheid. Alle partijen, PvdA en Groen Links inbegrepen, werden in die periode varianten van liberale denkrichtingen. De kijk op privatisering van overheidstaken illustreert die beweging.

Interessant is nu of een volgende zwenking van ‘de’ politiek in het verschiet ligt.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten